Liever klokkenluiders dan klikspanen

Geert Lenssens.Beeld Bob Van Mol

Geert Lenssens is advocaat aan de balie van Brussel, auteur en publicist over banken, fraude en justitie.

Na de kliklijnen voor fiscale en sociale fraude, komt er een ‘meldpunt’ om sjoemelende artsen aan te geven (DM 1/9), en in de strijd tegen terreur pleit procureur-generaal Delmulle voor burgerinfiltranten en een regeling voor spijtoptanten (DM 2/9). Compleet verschillende nieuwsberichten in de krant, met als rode draad: overheid zkt. spionnen. Nu alleen nog klikspanen van klokkenluiders onderscheiden.

Eerst een vaststelling: breed debat over de zin en onzin van kliklijnen en hun gevaren ontbreekt. Beleidsmakers installeren ze de jongste jaren almaar minder schroomvol, om de publieke opinie te paaien en het falend beleid te camoufleren. Want laten we wel eerlijk wezen: de overheid roept hier de hulp in van de burger in om te assisteren bij één van haar eigen kerntaken.

Evident kan dat goed fout lopen. Algemeen geeft het georganiseerd heimelijk verklikken een onbehaaglijk gevoel. Het doet denken aan de Stasi en draagt paranoïde effecten in zich. Gelukkig rijzen bij betrokken overheidsdiensten soms vragen bij de nieuwe praktijk. Zo blijkt de fiscale kliklijn eerder kleine garnalen te strikken. Een groot deel van de dossiers wordt prompt verticaal geklasseerd. Aangiftes blijken voorspelbaar niet zelden gebaseerd op afgunst tegenover de buren, of – bij echtscheiding – rancune tegenover de ex. Om kort te gaan: kliklijnen verdienen de grootste omzichtigheid want zoals GAS-boetes kunnen zij ontaarden in een plagerige wildgroei. Ze kunnen sociale stoorzenders worden met een nefast effect op de samenleving.

Dat betekent niet dat het kind met het badwater moet worden weggegooid. De nobele versie van de verklikker is namelijk de klokkenluider.

Klokkenluiders kunnen in belangrijke zaken net omgekeerd een uitgesproken sociale functie hebben. Zij kunnen als insiders cruciale informatie geven die niet enkel fiscale of sociale fraudeurs ontmaskeren, maar ook gesjoemel milieu, voeding, gezondheid of veiligheid.

Het kaf van het koren scheiden is hier natuurlijk cruciaal. Niets zo ergerlijk als valse klokkenluiders met geheime agenda’s. Die moeten zwaar aangepakt worden. Aan de ene kant moet je onbeduidende klokken wegfilteren, en aan de andere kant grenzen respecteren, zoals die van het beroepsgeheim of de staatsveiligheid. Mijn punt: ernstige klokkenluiders verdienen serieuze bescherming, niet alleen inzake anonimiteit maar ook op het vlak van mogelijke represailles. (Edward Snowden is een apart debat waard.)

Qua wetgeving zijn de VS mijlenver vooruit. Onze kliklijnen zijn misschien geïnspireerd op Amerikaanse voorbeelden, zij het zonder kader. Amerikaanse wetgeving rond klokkenluiders is een rechtstak op zich geworden – waarvan de Whistleblower Protection Act uit 1989 slechts een onderdeel is.

Klokkenluiders zijn er op alle maatschappelijke terreinen actief van voeding en gezondheid over openbare en bedrijfsfinanciën tot milieu. De Amerikaanse beurswaakhond SEC keert zelfs (terecht) enorme beloningen uit aan waardevolle klokkenluiders. Gespecialiseerde non-profit organisaties, zoals Government Accountancy Project (GAP), hebben de voorbije decennia al duizenden whistleblowers bijgestaan en de resultaten zijn vaak spectaculair. GAP voert momenteel bijvoorbeeld een campagne met klokkenluiders inzake voedselintegriteit.

‘Onze’ kliklijnen zijn daarbij vergeleken peanuts. Ik geloof dat het tijd is voor het ernstige werk. Zo zouden er belangrijke strafzaken aan het licht kunnen komen of in een stroomversnelling raken als er een officieel klokkenluidersprogramma zou bestaan. Ook allerlei fraudepraktijken binnen administraties en ondernemingen zouden aan het licht kunnen komen. In de gezondheidszorg zou grootschalige fraude kunnen ontdekt worden – denk aan ziekenhuizen – in plaats van een klein vergrijp bij een of andere arts in Oelegem. In een andere maar even actuele context kan een serieuze regeling voor spijtoptanten – waar Delmulle terecht op hamert – helpen in de strijd tegen terreur. Burgerinfiltranten, waarover de procureur-generaal ook sprak – zijn dan weer een brug te ver. Je kan toekomstige klokkenluiders inplanten, maar laat dat alsjeblieft wel over aan professionals met bijzondere kwaliteiten en training.

Nog dit. Ik krijg regelmatig brieven van potentiële klokkenluiders. Ofschoon ik mij geen illusies maak dat er fantasten of verwarde geesten bij zitten, zijn er ook bij die tot nadenken stemmen. Tussen de lijntjes lees ik niet zelden doodsangst van burgers die vrezen alles te zullen verliezen terwijl zij niet anders willen dan waarheid aan het licht te brengen. Want dat is in essentie wat een echte klokkenluider doet: de waarheid helpen vinden waar we als maatschappij recht op hebben. Het is onze taak om die goedaardige luizen in de pels van boosdoeners te steunen en dat kan in de eerste plaats door een nieuw alles omvattend wettelijk kader. Daar zal een evenwicht moeten gevonden worden tussen het ordinair verklikken en het luiden van klokken. En dat verschil kan groot zijn.

Share this post